De sierlijke snoepletters op de muren maken ons lekker voor de creatieve talenten van deze avond. In korte presentaties van het 20x20 format zullen deze ‘Arnhemse Nieuwen’ gaan vertellen over hun passie, werk en drijfveren. Opzwepende muziek begeleidt het artistieke publiek Showroom Arnhem binnen. De presentatoren Edwin Verdurmen en Marlies Leupen heten ons welkom. Op deze avond krijgen tien geselecteerde afstudeerders in verschillende disciplines van ArtEZ, namens CASA, OPA en BKA, de kans zich als startende kunstenaars voor te stellen aan deze enthousiaste toehoorders. Helaas konden Hendrike Nagel van Graphic Design en Stephanie Saris van Product Design niet aanwezig zijn door verplichtingen in het buitenland. ‘Het kan snel gaan met onze ‘Arnhemse Nieuwen’’ licht Edwin Verdurmen enthousiast toe.
Er zijn te weinig stoelen, zo groot is de opkomst, een goed begin voor Lilian Admiraal, die zelfverzekerd het podium opstapt. Het startpunt voor haar modecollectie was het boek van haar ouders, ‘Exactitudes’ van Ari Versluis. Mensen worden hierin gefotografeerd en blijken onbewust bij een stijl te horen. Daarnaast fascineert het haar dat het tonen van je persoonlijke ‘lifestyle’ aan je onlinevolgers steeds meer gewoon wordt, ‘iets intiems wordt zo heel erg publiekelijk gemaakt’, zegt ze. Het fenomeen ‘huispak’ trekt haar aan, ze kwam het tegen in flatteuze en minder modieuze variaties: ‘zoals unisex pakjes voor de hele familie inclusief hond’, beschrijft ze. Gordijnen, kamerplanten en sloffen worden tot huisuniformen verwerkt in haar collectie. ‘Echte pakjes voor in huis,’ voegt ze toe.
‘Deze man heeft zijn piano voor een heel conservatorium ingeruild’, zo introduceert Marlies Leupen Chris Burghouts. Hij is afgestudeerd in de discipline Bouwkunst. Enigszins ongemakkelijk staat hij voor de microfoon en legt uit: ‘ik wilde eerst jazzpianist worden, maar ben nu architect … Het conservatorium is me niet gelukt, maar als ik nu nog speel zet ik het raam open in de hoop dat iemand het hoort.’ Zijn droge humor slaat aan bij het publiek. Hij heeft een conservatorium ontwikkeld, een plek waar muzikanten te horen zijn, zonder echt op te treden,De ontmoeting tussen de stad en het conservatorium is zijn belangrijkste uitgangspunt. ‘Je moet mij niet vragen ‘out of the box’ te denken, ik wil de dingen echt doen vanuit dat wat mij wordt aangedragen: de behoefte naar een gebouw en de plek waar dat gebouw komt te staan.’, zo sluit hij helder af.
Karlijn Sibbel beschrijft zichzelf als een nerd met een fascinatie voor een klein organisme genaamd de alg. Ze bevindt zich als onderzoekend ontwerper op het grensvlak van wetenschap en design. ‘Ik kijk naar de alg als materiaal en als grondstof’ legt ze uit. In samenwerking met de Wageningen Universiteit ontwikkelde ze een manier om de alg in een driedimensionale vorm te laten groeien zodat er meteen een vorm ontstaat. Ze ging ook aan de slag met zoutkristallen. Volgens haar is een groeiende samenwerking tussen wetenschap en design de toekomst, werken met levend materiaal is interessant voor deze tijd waarin de mens probeert overschotten en afval te verminderen. Haar volgende streven is onderzoek te doen in ‘Genspace’ in New York, het eerste door de overheid goedgekeurde ‘doe het zelf’ lab voor biotechnologie. De volgende spreker neemt het publiek mee in een verhaal over selfies en wodka, over soldaten en mortiergaten.
Lisa Weeda, ‘creative writer’, reist naar Oekraïne en bezoekt daar haar familie, ‘Ik moest erheen, ik wilde zien hoe het er was.’ Dit land wordt geannexeerd, de mensen verdelen zich, vragen als: ‘Ben jij van oost of west?’ worden gesteld. In Odessa lijkt er alleen niets aan de hand, daar drinkt ze met haar nichtje wodka en maakt selfies maar bij haar oudtante Nina zit een mortierinslag in de grond. Ze licht haar voordracht toe: ‘Ik wil met mijn verhaal de non-fictie aan de tand voelen. Deze non-fictieve situatie zou het uitgangspunt voor een fantasy verhaal kunnen zijn,’. ‘Krasyva’, mooi verteld.
Op sociaal-maatschappelijk vlak stelt ze de nodige vraagteken: Asja Keeman. In haar grafische ontwerpprojecten speculeert ze over sociaal-maatschappelijke gebeurtenissen. Ze wil met haar werk de discussie aangaan met de maatschappij en het debat aanmoedigen. Actuele onderwerpen spreken haar aan. ‘Persoonlijk zet ik altijd vraagtekens bij het nieuws, als iets te mooi is om waar te zijn, dan is dat vaak ook zo.’ geeft ze aan. Ze ging voor haar afstudeerwerk in gesprek met een theaterstudent. Haar werk bevat een performance en boeken met scènes waarin wereldleiders worden versimpeld tot acteurs. Zoals de nieuwsfeiten volgens haar gebeurtenissen versimpelen. Ze legt uit dat ze door speculatie wil inspelen op de verbeelding van het publiek en zo een discussie op gang wil brengen.
Fine Art kunstenaar Johannes Kronenberg toont ons de aarde vanuit de ruimte. Deze eeuw gaat voor hem over de kans om verantwoordelijkheid te nemen. ‘Ik ben mezelf gaan afvragen, wat vraagt de wereld van mij en wat vraag ik van de wereld?’ Hij paste in zijn afstudeerwerk traditionele kunstenaarstechnieken toe om te tonen hoe het loslaten van oude structuren lastig blijkt. Hij onderzocht wanneer deze niet meer werken en dit leidde tot een kunstwerk in de vorm van een verbrande houten boot. Vervolgens onderzocht hij een meer geëngageerde uiting in de vorm van: ‘MAW: Met Andere Woorden’ waarmee hij ingaat tegen de wijze waarop ArtEZ bestuurt wordt. Hij wil ‘kunst niet als doel, maar als middel gebruiken en kunst inzetten om het goede en het ware te bereiken.‘
Juliette Thissen onderzoekt in haar beeldend werk hoe beïnvloedbaar je eigen identiteit is. Ze onderzoekt de rolverdeling tussen man en vrouw. Dit onderzoekt ze op persoonlijk vlak en op maatschappelijk vlak. Bij haar afstudeerproject ging het over mannelijke stereotypen. ‘Het begon bij mijn eerste vriendin, die interesse kreeg in een man, dit maakte mij onzeker,’ legt ze uit. De sportschool bleek een interessante subcultuur om het mannelijk stereotype te onderzoeken. Als afstudeerproject probeert ze te voldoen aan het machostereotype en traint ze in de sportschool met haar mannelijke personal trainer. Haar film besluit met een bokswedstrijd die pas mocht eindigen als ze óf fysiek óf emotioneel zou breken. ‘Wat de toekomst brengt weet ik niet maar we gaan gewoon vooruit’ zegt ze kalm.
Isabelle Tellié wil ook vooruit. In haar handgemaakte outfits verwijst ze naar vintage sportswear en refereert ze aan de ambachtelijkheid van de Bauhaus stijl. Tegelijkertijd werkt ze met high performance stoffen die zij ontwierp in samenwerking met DyeCoo textiles, een bedrijf dat een verfmachine ontwikkelde die stoffen verft met behulp van CO2, zonder één druppel water te gebruiken.. Ze drukt ons op het hart dat je als ontwerper bewust moet zijn van de impact die de industrie heeft op de aarde. Vol vuur eindigt ze haar betoog met: ‘Je moet niet zeggen dat je ‘concious’ bent, maar je moet echt de industrie en de problemen in de wereld aanpakken. De mode gaat veranderen en ik wil daar onderdeel van zijn.’
Interaction designer Jip Warmerdam springt energiek het podium op. Geïnspireerd door het theater, wil ze het menselijk lichaam een betekenisvolle relatie laten aangaan met de inhoud van haar werk. Haar afstudeerscriptie ging over het verschil tussen mens en machine. Ze plaatste haar scriptietekst online en nodigde iedereen uit om - tegen betaling van 1 cent per woord - de tekst handmatig over te schrijven. Zo verwoordt de uiteindelijke vormgeving precies waar de scriptie over gaat: de mens heeft een eigen interpretatie, een machine niet. In haar tweede onderzoek kwam ze erachter dat er nog steeds geen manier is om bewegingen digitaal vast te leggen en zo heeft ze een pak ontworpen dat bewegingen kan opslaan als data. Dit gaat ze verder ontwikkelen zodat bewegingsvormen exact kunnen worden gereproduceerd. ‘Tot over vier jaar in het interactieve theater,’ zegt ze enthousiast. Hiermee sluit ze deze avond van veelbelovend talenten af, dat belooft veel goeds in de toekomst!